maandag 31 augustus 2009

Allen die geloven - over moslims en christenen

Co Kooman, emeritus-predikant van het Groene Kerkje in Oegstgeest, was zondag 30 augustus gastvoorganger in de Leidse Studenten Ekklesia. Zijn preek ging over de relatie tussen christenen en moslims. 'Allen die geloven hebben Abraham als vader', zei Kooman en hij legde dat uit als een aanzet tot Abrahamitische oecumene. De thematiek is actueel want de Protestantse Kerk in Nederland bereidt een notitie voor over de verhouding tussen christendom en islam. Een groep theologen van naam, onder aanvoering van oud verzetsstrijdster Hebe Kohlbrugge (95), schreef alvast een kritische vermaning aan de kerkleiding.

Er is meer dat ons verbindt dan dat ons scheidt, stellen 138 islamitische geleerden in 2007 in een document gericht aan Paus, patriarchen, bisschoppen en synodes wereldwijd. We geloven in één en dezelfde God, is de ruimhartige grondtoon. Daarmee sluit het document aan bij de islamitische traditie, die joden en christenen erkent als 'mensen van het boek' en Torah en Evangelie ziet als voorlopers van de Koran. Omgekeerd spreekt die erkenning minder vanzelf. Luther vond de islam 'duivelse religie' en hij stond daarin niet alleen. Het springende punt is de persoon van Jezus: volgens de islam de op één na grootste profeet, volgens de christelijke traditie God zelf.

Hebe Kohlbrugge roept de kerkleiding op dat verschil in haar islam-notitie niet weg te poetsen. Zij heeft in haar leven bewezen dat ze voor de duvel en de Duitser niet bang is. Als zo iemand iets wil zeggen is dat iets om naar te luisteren. Haar appèl is ook nog eens ondertekend door de eminence grise van de kerk. Aan de goede bedoelingen van deze mensen hoeven we geen moment te twijfelen en aan theologische scherpte ontbreekt het ook niet.

En toch gaat er iets niet goed. Er is een tijd voor scherpte en een tijd voor mildheid, vrij naar Prediker. Ik geloof niet dat onze samenleving het nodig heeft dat de verschillen tussen christendom en islam nog eens wat extra benadrukt worden. Je vraagt je af waarom er in hemelsnaam gekozen is voor zoiets polemisch als een open brief.

Kooman deed in zijn preek iets waar ik wel van houd. 'Wat zou er nou nodig zijn in het contact tussen moslims en christenen om echte eenheid te bereiken?', vroeg hij. En hij liet een lange stilte vallen, waarin iedereen een eigen antwoord kon bedenken. 'Dat mensen elkaar ontmoeten, vrienden worden en dat er onderling getrouwd wordt', dacht ik. Kooman ging een andere kant uit in zijn verkondiging: erkenning van Abraham als gemeenschappelijke deler. Ik vond het een sympathiek betoog, maar een beetje tricky is deze uitleg wel. Het doet een beroep op de geest van de tekst tegenover de letter van de tekst. De apostel zegt niet: 'allen die een geloof hebben, hebben Abraham als vader', maar: 'allen die in Jezus Christus geloven, hebben Abraham als vader'. Het oprekken en omdraaien van die letterlijke betekenis vraagt om enige theologische souplesse. Het is niet ondoenlijk ('Van Christus zijn' is niet hetzelfde als 'christelijk zijn' - en als Paulus zegt dat in Christus jood noch griek is, waarom zou je dan niet ook mogen zeggen: In Christus is moslim noch christen?). Maar het blijft de vraag waarom theologische antwoorden ons verder zouden moeten helpen. Paulus moest wel. Hij had te maken met twee groepen in één en dezelfde gemeente en die wilde hij theologisch bij elkaar houden. Maar moslims en christenen hebben in religieus opzicht juist helemaal niet veel met elkaar te maken - en wél in het gewone leven. Dus: wat is er mis met theedrinken en iftar-maaltijden, met praatjes op straat, op de voetbalclub en op het werk?

Theologisch gesprek vereist heel veel vrijheid, veiligheid en vertrouwen. In de kerk komt het regelmatig tot kerkscheuring, omdat dat gesprek niet helemaal goed verloopt. Het is blijkbaar ongelooflijk moeilijk om van hart tot hart te spreken over wat je ten diepste beweegt en ontroert. Hoe wil je zo'n gesprek voeren in de contekst van migratie, dictatuur of politieke spanning? Dietrich Bonhoeffer, net als Hebe Kohlbrugge voor de duvel niet bang, schreef: 'wij moeten leven alsof er geen God is' (etsi Deus non daretur). Hij bedoelde daarmee niet dat er geen God is, maar dat we zelf verantwoordelijkheid moeten dragen voor onze samenleving en niet moeten denken dat alles van hogerhand wel in orde gebracht wordt. 'Alsof er geen God is', dat zou ook een mooi motto zijn voor de interreligieuze dialoog: elkaar leren kennen, werken aan een goede verstandhouding en ondertussen het beroep op God maar even laten voor wat het is.

Lees hier het artikel in Trouw over de open brief aan de synode

Lees hier een artikel van Coen Wessel over de Abrahamitische oecumene

1 opmerking:

Co Kooman zei

Voor mij is het apart om te horen/zien, dat op een weblog over een preek van mij wordt gesproken. Bij mijn weten- maar dat zegt niet alles- is dit de eerste keer. Een dialoog tussen christenen en moslims zie ik niet los van het gesprek met Israël resp. Joden. In die zin ben ik het eens met het eerste punt van de reactie van Hebe Kolbrugge cs.. Ik moet de hele brief en de voorafgaande van de 138 moslims nog lezen. Amper geweten, doe ik dus ook mee aan dit debat.